We praten wat af. Toch is het voeren van een goed gesprek een kunst. Voorbereiding is het halve werk. Oefenen de andere helft. Even een paar handvatten op rij:

• Bedenk welke positie je hebt in het gesprek;
• Wat voor een soort gesprek is het (zie hieronder)?
• Wat wil je minimaal kwijt in het gesprek (inbrengen)?
• Wat wil je minimaal halen uit het gesprek (opbrengen)?
• Wat wil je eventueel nog extra kwijt en/of halen?

Gesprekssoorten

Wij onderscheiden 5 soorten gesprekken, die elk een andere aanpak vragen. Als je een gesprek voert, houd je de regie in handen. Voorbeelden van de 5 niveaus zijn:

1. De mededeling of het bevel. Dus eenrichtingsverkeer.
2. De instructie of diagnose/recept. Twee richtingen, meestal ongelijkwaardig.
3. Dialoog of overleg. Gelijkwaardig.
4. Probleemgericht gesprek.
5. Ontwikkelingsgesprek.

De moeilijkheidsgraad loopt op: om ontwikkelingsgesprekken te kunnen voeren heb je dus de vaardigheden van de vorige vier niveaus nodig.

Een punt maken

Het voeren van gesprekken lijkt zo logisch, maar dat is het niet. Althans, niet altijd. Of niet meteen. Jouw punt maken is vaak lastig. Ken je dat ook? U bent goed voorbereid en weet welke punten je zou willen maken. Toch komt het er net niet echt van. Jammer. Hoe kun je beter jouw punten over de bühne krijgen? Jouw punten maken?

1. Een goede voorbereiding! Zet jouw punten letterlijk op een rijtje. Niet teveel: liever drie, dan negen.
2. Creëer voor jezelf de meevallers. (Bij 3 heb je daar natuurlijk veel meer kans op dan bij 9).
3. Blijf goed luisteren naar de behoeften van jouw gesprekspartner. Als jouw aandacht teveel gericht is op jouw eigen punten dan luister je onvoldoende en mis je de behoeften van de ander.
4. Blijf voortdurend aansluiten op de behoeften van jouw gesprekspartner.
5. De moeilijkheid zit hem in het voortdurende. Heb dus engelengeduld. Je kunt het gras niet sneller laten groeien door eraan te trekken...

Bel of e-mail meteen als je er niet uit komt. Samen lukt het meestal wel.